lezing van Hans Stolp op 21 juni : Over het leven na de dood

Van Dichterbijdanooit

Over het leven na de dood

Op de drempel van de dood ziet de stervende de geliefden die hem komen ophalen, net als
de engelen met wie hij in de loop der tijden verbonden is geraakt. Hij herkent ze meteen en
een diepe vreugde bevangt hem. En als hij innerlijk ontvankelijk is geworden voor de
Christus, ziet hij ook hem staan. En het is Christus zelf die de stervende omringt met een
liefde die groter is dan alle liefde die wij op aarde kennen. Met die liefde begint het nieuwe
leven aan de overkant van de dood.
De dood is geen einde, maar een overgang. En wel van een lager bewustzijn naar een hoger
bewustzijn. Dat betekent dat je na je dood allerlei dingen zult begrijpen die je tijdens je
aardse leven niet kon begrijpen. Daarbij gelden echter twee voorwaarden:

  1. dat je niet opgesloten zit in jezelf en daarom niets wilt weten van een voortgaand
    leven na de dood, en
  2. dat je hebt geleerd je innerlijk vol liefde open te stellen voor anderen, hoe gebrekkig
    dat ook geweest mag zijn.

Als je aan deze twee voorwaarden voldaan hebt, zul je al direct na je dood mogen ervaren
dat het waarom van je leven tot daarom wordt! Alle puzzelstukjes vallen in elkaar. Vandaar
dat iemand kort na zijn dood aan zijn achtergebleven geliefde kon zeggen: De dood is
helemaal niet erg, het is een zegen!
Het boeiende is dat onze geliefden na hun dood ons, hun achtergebleven geliefden, kunnen
begeleiden vanuit een hoger inzicht: ze zien wat onze opdracht op aarde is, ze begrijpen al
de dingen/kanten/aspecten van ons die ze tijdens hun aardse leven niet konden begrijpen.
Ze zien onze vorige levens en begrijpen nu de karmische lessen waar we doorheen
moe(s)ten gaan. Dat heeft als gevolg dat onze geliefden aan de overkant kunnen uitgroeien
tot onze gids, dat ze ons in liefde en met een grote wijsheid begeleiden kunnen.
Ken jij een geliefde gestorvene die zich aan de overkant van de dood zo ontwikkelde dat hij
of zij tot jouw gids kon worden?
Onze geliefde gestorvene keert na zijn dood ook terug naar de sfeer waarin wij (de
gestorvene en de achtergebleven geliefde), voordat ons aardse leven begon, samen
afspraken gemaakt hebben over dat komende aardse leven. Om hem heen komen de
beelden te staan van die ontmoeting toen. Daarbij ontdekt hij, in hoeverre het hem lukte zich
aan die afspraken of voornemens te houden. Ook het verblijf in die sfeer geeft de gestorvene
een dieper inzicht in het zojuist voltooide aardse leven.
We kunnen de aanwezigheid van onze gestorven geliefden – want liefde brengt hen vaak
naar ons toe – vóelen. Zoals je kunt voelen dat er iemand naast je loopt, zonder dat je die
ander ziet, zo gaat dat ook met onze geliefde gestorvenen: we kunnen voelen dat ze heel
dichtbij zijn. Als we in liefde aan hen denken, voelen ze dat en worden ze er – aards
gesproken – blij van. En meteen komen ze in beweging en zijn ze in een oogwenk bij ons.
Ook dan, als we dat niet voelen kunnen (door ons verdriet dat soms sterker is dan ons
vertrouwen, of omdat we ons gevoel teveel afgesloten hebben).
Dat voelen van de aanwezigheid van onze gestorven geliefde kan zich verder ontwikkelen tot
horen: we horen onze geliefde plotseling iets zeggen. Bijvoorbeeld: Kom je ook gauw, het is
hier heerlijk! Het kan ook worden tot een zien: dat je in een flits je gestorven geliefde ziet.
Maar de ervaring leert dat dit zien en horen meestal alleen maar plaats vindt gedurende de
eerst paar jaar na de dood van de ander, en daarna niet meer. Waarschijnlijk is onze
geliefde toegegroeid naar hogere werelden, waardoor het voor hem/haar moeilijker wordt
zich kenbaar te maken aan ons, ook al zijn ze nog steeds vaak en dicht bij ons. (Overigens
zijn er ook voorbeelden van gestorvenen die veel langer in staat waren zich in woord of
beeld kenbaar te maken aan hun geliefden op aarde.)
Als het goed is, zal de achterblijvende na verloop van tijd ontdekken dat hij (na de dood van
zijn geliefde) ongemerkt aan een versneld groeiproces begonnen is. Hij ontdekt (vaak
achteraf) dat hij geestelijk gegroeid is, dat hij meer inzicht heeft gekregen en dat hij veel
meer begint te begrijpen en te doorgronden dan vroeger. Dat is te danken aan zijn geliefde
die hem na zijn dood als gids begeleidt. Besef daarbij dat onze geliefde gids heel gevoelig is
voor een bedankje: dat is voor hem het teken dat de achterblijvende zijn verborgen werk
heeft opgemerkt!
Zo kan de dood van een geliefde tot een inwijding worden: een inwijding in de verborgen
geheimen van het leven en van de dood. Door die inwijding wordt de achterblijvende een
wetende. En de gestorvene zelf wordt daardoor tot onze inwijder (of hiërofant).
Onze gestorven geliefde beleeft het achter hem liggende aardse leven als het ware opnieuw
om zo te ontdekken wat dit leven hem gebracht heeft aan geestelijke winst: meer inzicht
bijvoorbeeld, meer geduld en liefdeskracht en ga zo maar door. Ook ziet hij welke lessen zijn
blijven liggen en in een volgend leven (alsnog) aan de orde zullen komen. Zo ontvouwt zich
al iets van een patroon van het volgende leven.

Maar de gestorvene overziet het achter hem liggende aardse leven ook als een geheel, als
een volgroeide plant of boom: met één blik overziet hij dat hele leven en doorziet het.
Daardoor begrijpt hij waarom alles moest gebeuren zoals het gebeurde: hij ziet de
samenhang die hij op aarde niet begreep. Daarbij is het alsof hij vanaf een zekere afstand
kijkt naar het leven van een ander, zonder oordeel, alleen maar met begrip!
De gestorvene verliest al snel de aardse taal en leert woordloos te communiceren met
engelen en andere gestorvenen: ze kijken elkaar aan en wéten. Bij het vergeten van de
aardse taal vergeten ze allereerst zelfstandige naamwoorden, maar onthouden ze
werkwoorden het langst: in de geestelijke wereld is alles voortdurend in beweging, in
verandering, en daar passen zelfstandige – en dus onveranderlijke – naamwoorden niet bij.
Vaak zullen gestorvenen na hun bezinning op het achter hen liggende aardse leven tot deze
conclusie komen: Het leven was goed; het is een enorm belangrijke impuls voor mijn verdere
ontwikkeling. Dat betekent dat hij het aardse leven ziet naar zijn ware betekenis: als een
onmisbare levensles.

Lezing van:Hans Stolp
Datum:  Vrijdag 21 juni 2024
Locatie:De Stip Meerssen : Link (Pastoor Dominicus Hexstraat 10, 6231 HG)
Kosten:  € 20,- ( incl. 1 consumptie )   
Aanvang :  19.30 uur ( zaal open 18.30 uur )
Aanmelden:Stuur een mail naar : joke@dichterbijdanooit.com
Betalen:Contant, liefst gepast bij aankomst aan de entree.
Nadere info:Reserveer op tijd want vol = vol


 
       

 Categorie: Agenda Nieuws